Volgens afspraken van het Klimaatakkoord wil Nederland een reductie van 49% fossiele brandstoffen in 2030 en een reductie van 95% in 2050.
De afspraken uit het Klimaatakkoord worden in regionale plannen verwerkt. Gemeenten en provincies werken samen met bijvoorbeeld netbeheerders en het bedrijfsleven. Het gaat dan om de opwekking van duurzame energie, de warmtetransitie in de gebouwde omgeving en de daarvoor benodigde opslag- en energie-infrastructuur.
Gemeenten moeten uiterlijk in 2021 de plannen voor hun gemeente opleveren waarin bepaald wordt hoe alle wijken uiteindelijk van het aardgas afgaan. Er zijn diverse initiatieven gestart. Proeven waarbij verschillende woonwijken worden voorzien van alternatieve vormen van warmte. Uiteindelijk moeten bijna 8 miljoen huizen en 1 miljoen utiliteitsgebouwen aardgasvrij worden.
Naast de reductie van fossiele brandstoffen, is het de wens van de overheid om de energie-opwekking te decentraliseren. 50% van de nieuwe duurzame energie wordt dan lokaal opgewekt en lokaal verbruikt. Daarnaast is deze opwek eigendom is van de lokale omgeving. Dit zal naar verwachting bijdragen aan een groeiend aantal energiecoöperaties waarin zowel bedrijven als burgers meedoen.
De verwachting is dat de kosten van de energietransitie voor een groot deel betaald zullen worden door extra belasting op gas en stroom. Daarom is het nu een goed moment om over te stappen en de prijzen vast te leggen in een nieuw contract. Gebruik onze check vergelijk voor het vergelijken van de energieprijzen van 2021.